Tegen zijn goesting zal Renaat Landuyt afzakken naar de stad waar hij burgemeester van is.

Landuyt vervroegt eerste bezoek aan Brugge

Renaat Landuyt, sinds 1 januari burgemeester van Brugge, vervroegt zijn eerste bezoek aan zijn stad met een half jaar. Daarmee hoopt hij tegemoet te komen aan het Brugse gemor over zijn afwezigheid.

Groot nieuws voor de Bruggelingen: naar alle waarschijnlijkheid krijgen ze nog dit jaar de kans hun burgemeester in levenden lijve te aanschouwen.

‘Mogelijk deze zomer al’, kondigde Renaat Landuyt aan op een persconferentie. ‘Oorspronkelijk had ik mijn blijde intrede gepland in de loop van mijn tweede of derde ambtsjaar, wanneer ik een beter zicht zou hebben op mijn plannen met de stad. Maar onder druk van mijn imagoconsulenten heb ik een en ander omgegooid in mijn agenda.’

Toen Landuyt burgemeester werd, gaf hij zichzelf een jaar de tijd om zich in te werken. ‘Kwestie van optimaal gebruik te maken van de kleine dode momenten tussen mijn activiteiten in het parlement door, die ik ook al doe tussen mijn activiteiten in mijn advocatenkantoor door. Tot nu toe heb ik nog geen enkel concreet Brugs dossier doorgenomen, nee. Maar ik garandeer u dat ik op schema zit. Kijk, ik heb al enkele toeristische gidsen gekocht over Brugge. Het is nog maar een kwestie van maanden voor ik die ter hand zal hebben genomen’, aldus de geboren Ieperling.

In de tussentijd bevroor Landuyt wel alle budgetten van de stadsdiensten, stelde hij een wervings- en benoemingsstop in en schortte hij alle lopende subsidies en overheidsopdrachten voor onbepaalde tijd op. ‘Je kunt toch niet verwachten dat de stad geld zou uitgeven aan zaken die over een jaar, als ik eens tijd heb genomen om erover na te denken, misschien helemaal niet in mijn beleidsvisie zullen passen?’, verdedigt de burgemeester zich.

Landuyt voerde ook een nieuwe stijl van management in. Zakelijker, afstandelijker, meer gefocust op het behalen van targets die door de hogere instanties worden opgelegd. ‘Bij zijn inzwering liet hij ons weten dat hij Brugge wel zou besturen vanuit Brussel, dichter bij zijn broodheren’, vertelt een stadssecretaris die anoniem wenst te blijven. ‘De lokale spreekuren werden afgeschaft. De stadsadministratie moet nu al haar vragen en dossiers maandelijks bundelen en per koerier naar Brussel sturen, waar hij ze dan van op afstand kan negeren!’

De démarche van Landuyt zorgde voor heel wat ongenoegen onder de Bruggelingen. ‘Wat voor een nul is dat nu?’, vraagt Bruggeling Patrick M. zich af. ‘Van een burgemeester verwacht ik dienstbetoon en gearrangeer op maat van de individuele burger. Maar Renaat Kameraad doet niks van dat alles en gaat liever elders grote sier maken. Dan waren we nog beter af met iemand als Bart De Wever. Die wacht tenminste tot ná de federale verkiezingen om zijn stad in de steek te laten!’

Landuyt was zich lange tijd van geen kwaad bewust. ‘Ik zie het probleem niet’, zei hij in maart nog in een niet-uitgezonden interview op WTV. ‘Er rijden maar liefst twee treinen per uur tussen Brugge en Brussel. Wie mij echt wenst te spreken, kan altijd een dagje verlof nemen om naar Brussel te sporen.’

Intussen klinkt hij helemaal anders: ‘De burger anno 2013 is blijkbaar een stuk veeleisender dan vroeger. Hij verwacht nu een zekere betrokkenheid van zijn leider. Uiteraard hebben zij het recht verwachtingen te koesteren. Zelfs indien die onrealistisch zijn. Daarom ben ik bereid te werken aan de ongewenste perceptie van afstandelijkheid en desinteresse voor Brugge.’

Renaat Landuyt:
‘Ik heb al enkele toeristische gidsen gekocht’

Met zijn vervroegde blijde intrede in zijn eigen stad zorgt Landuyt mogelijk voor een trendbreuk binnen zijn eigen partij. Bij socialisten is het besturen van op afstand de voorbije jaren immers de norm geworden. Partijgenoot Louis Tobback bijvoorbeeld bestuurt Machelen vanuit Leuven. Johan Vande Lanotte bestuurt Oostende vanuit Brussel én de federale regering vanuit de Sleuyter Arena. En Steve Stevaert heeft jarenlang een Brussels prostitutienetwerk bestuurd vanuit zijn Limburgse gouverneurswoning. Tot slot is er ook nog de Franstalige socialist Elio Di Rupo, die erin slaagt om het zuurverdiende geld van hardwerkende Vlamingen te besturen vanuit de profitariaatstaat Wallonië.