Het zwart gat dat vorige week werd weggeslingerd uit een verafgelegen sterrenstelsel, is neergevallen in Vilvoorde, vlak naast de vroegere Renaultsite. Op zich is dat geen groot nieuws, want het brownfield onder de viaduct van Vilvoorde is al jaren bekend als een plek van illegale sluikstorten en neervallend puin. Maar het zwart gat ligt nu precies op de plek waar de grote Uplace-beleveniswereld wordt ingepland.
Even werd gevreesd dat dat het einde zou betekenen voor de one-stop belevenisplaats, die in het teken staat van creëren, ontdeken, ervaren, amuseren, ontspannen en genieten. Miljoenen Belgen vreesden dat ze niet meer in staat zouden zijn om werken, winkelen en ontspannen naadloos in elkaar over te laten lopen.
Maar projectontwikkelaar Bart Verhaeghe stelt iedereen gerust: ‘Een zwart gat kan net een verrijking zijn voor de all-in-one ervaringsbestemming. Meer nog, het zwart gat dat ons in de schoot is gevallen, blijkt essentieel om de ervaren experience shopper werkelijk op zijn wenken te bedienen. Om dat te bewijzen geef ik nu het woord aan professor Kristel De Vliegher van de VUB’, verklaarde Verhaeghe op een inderhaast bijeengetrommelde persconferentie.
De Vliegher is professor economie en streekontwikkeling, maar specialiseerde zich ook in microastronomie. ‘Het is door die specialismen te combineren dat ik ontdekt heb dat er al vaker zwarte gaten zijn neergestort in ons land’, stak de goed geïnformeerde professor van wal. ‘Ik heb er onder meer al gelokaliseerd in Wijnegem, Sint-Niklaas, Genk, Maasmechelen en in enkele Brusselse gemeenten. Opmerkelijk is dat zich rond elk van die zwarte gaten een shoppingcenter heeft ontwikkeld. Dat kan geen toeval zijn.”
De microastronome is er inmiddels van overtuigd dat de aanwezigheid van een zwart gat essentieel is om een shoppingcentrum rendabel te maken. ‘Al sinds het ontstaan van de eerste shoppingcentra zijn er talloze getuigenissen opgetekend van mensen die beweren dat ze daarbinnen in een andere tijdsdimensie zijn terechtgekomen. Toen ze weer buiten kwamen en zagen dat het al donker was, bleek de tijd in onze wereld veel sneller vooruit te zijn gaan dan in het shoppingcenter. Nochtans benadrukken alle getuigen dat ze maar heel kort binnen waren geweest, niet eens lang genoeg om alle winkeltjes af te gaan.’ De enige logische conclusie is, volgens de professor, dat shoppingcentra poorten zijn naar parallelle werelden.
Uplace-promotor Verhaeghe valt de wetenschapper enthousiast bij: ‘Het maakt echt sense: iedereen wéét dat de tijd in een zwart gat wordt omgebogen en veel trager gaat dan in de rest van de kosmos. Ik heb zelf de proef op de som genomen en ben Woluwe Shoppingcenter binnen gestapt. Het kan geen kwaad de concurrentie te leren kennen, niet? Daar kreeg ik het éventjes aan de stok met hangjongeren die me een klap tegen mijn slapen verkocht hebben, maar ik herpakte mezelf snel en ging weer naar buiten. Buiten het shoppingcentrum bleek dat er drie dagen waren verstreken.’
Verder onderzoek leerde professor De Vliegher intussen dat geen enkel shoppingcentrum naar de zelfde alternatieve wereld leidt. ‘Elk kent zijn eigen ruimtelijke en geometrische wetmatigheden. In Waasland Shoppingcenter kom je bijvoorbeeld in een soort oneindige ring van Moebius terecht, terwijl de wereld achter Wijnegem Shoppingcenter nog het meeste weg heeft van een Escheriaanse prent waar je niet meer weet wat boven is en wat onder. Shopping 1 in Genk is een speciaal geval: daar blijk je terecht te komen in een bizarre wereld waar mensen van laag allooi een succesvol advocate kunnen worden.’
Kristel De Vliegher:
‘Tijd in onze wereld blijkt veel sneller vooruit te gaan dan in shoppingcentra’
Waarop Verhaeghe de aanwezige pers op het hart drukte dat zulks in de stad-in-de-stad Uplace niet mogelijk zou zijn: ‘Wij willen een unieke beleveniswereld creëren, maar het moet een beetje geloofwaardig blijven.’
In een vervolgonderzoek wil De Vliegher onderzoeken of ook kleinere handelszaken op een breuk in het ruimte-tijdcontinuüm liggen. ‘Het kán bijna niet anders. Tel maar eens het aantal mannen dat urenlang in de auto zit te wachten terwijl hun vrouw “toch echt maar voor één minuutje” in de winkel is. Het zelfde geldt voor horecazaken, waar mannen “maar ééntje” gaan drinken, waarop ze pas de volgende ochtend thuiskomen. Dat betekent dat er veel meer poorten naar parallelle universa zijn dan gedacht. Ik zie echt geen andere verklaring.’