Een goed geconserveerde oude dame kijkt sip. 'Was ik maar gestorven vóór mijn zeventigste', moppert zij.

Sterven tussen 65 en 70 fiscaal aantrekkelijk

De regeringspartijen boren een nieuwe vorm van inkomsten aan. Een dodentaks geeft België meer financiële ademruimte. Voor de burger wordt het extra aantrekkelijk om tussen 65 en 70 te sterven.

Overledenen zullen de eerste tien jaar na hun overlijden jaarlijks worden belast. Die maatregel gaat in vanaf komende zomer.

Ingrijpen was nodig. Sinds de invoering van de pensioenhervormingen ontwijken meer en meer burgers de hogere pensioenleeftijd door vroeger het loodje te leggen, zo stelt minister van Pensioenhervorming Vincent Van Quickenborne (Open Vld) vast. ‘Daarom zullen mensen die sterven vóór hun 62ste extra belast worden, bovenop de dodentaks.’

‘Om de vergrijzing tegen te gaan maken we sterven fiscaal aftrekbaar voor mensen die het bijltje erbij neerleggen tussen hun 65ste en 70ste levensjaar’, legt Van Quickenborne uit. ‘Burgers die het pensioenstelsel niet te lang belasten, worden bijgevolg beloond. Dat is de rechtvaardigheid zelve. Zo counteren we de misbruiken. Te vroeg of te laat sterven kan niet meer straffeloos.’

De Waalse gesprekspartners waren eerst niet te spreken over het voorstel. De levensverwachting ligt in Wallonië immers een stuk lager, waardoor meer Walen getroffen worden door de extra heffing voor mensen die vóór hun 62ste sterven. ‘Om de Waalse regeringspartners over de streep te trekken, hebben we besloten dat de grote vermogens, die vooral in Vlaanderen zitten, een extra dodentaks moeten betalen’, meldde Minister van Financiën Steven Vanackere (CD&V).

De vakbonden spreken van een kaakslag. Het wordt steeds moeilijker om mensen tot zelfmoordacties te overhalen als chantagemiddel in de strijd tegen de barbaarse pensioenhervormingen. ‘Wie wil er nu nog voor zijn 62ste sterven?’, zucht een gedemoraliseerde ABVV-leider Rudy De Leeuw. ‘Dat de dodentaks aan de index gekoppeld is, is niet meer dan een pleister op een houten been.’

Door de regeringsmaatregel is het hiernamaalssparen, de vierde pijler van het spaarstelsel, aan een ferme opmars bezig. Zo kunnen mensen tegen een basisrente van 0,25 procent en een getrouwheidspremie van 0,75 procent al aan hiernamaalssparen doen bij BNP Paribas Fortis. In geval van overlijden vervalt de getrouwheidspremie wel. ‘Mensen moeten nu eenmaal een appeltje voor de dood opzijleggen’, zegt een woordvoerder van de bank. Spijtig neveneffect: pensioensparen is opeens niet meer zo populair.

Vincent Van Quickenborne:
‘Te vroeg of te laat sterven kan niet meer straffeloos’

Voorts zullen ook doden die willen verhuizen extra belast worden. De gestorvene zal een verplaatsingsheffing moeten betalen. Daarnaast is er de optie om als overledene een stevig gesubsidieerde inburgeringscursus te volgen om zodoende sneller te integreren in de nieuwe omgeving, hoewel dat de meeste overledenen hun koude kleren niet raakt.

‘We hebben nu geen rijkentaks, maar een lijkentaks’, glundert Van Quickenborne gloriërend in zichzelf.