Johan Van Overtveldt leert professoren wiskunde rekenen met hoopvolle getallen waarover je nul zekerheid hebt. © N-VA

Van Overtveldt geeft rekenles aan wiskundigen en plots is 1,7 plus 2,3 gelijk aan 9,45

Is het verantwoord dat uitgerekend de minister van Financiën bijscholing geeft aan professoren wiskunde? Critici waarschuwen voor het vermengen van cijfers en onzin. ‘Et alors?’, vindt Van Overtveldt.

Johan Van Overtveldt:
‘Met speculatieve wiskunde kun je heel mooie grafiekjes brouwen’

Een politicus die professionals iets bijleert? Het kan. Nadat Kamervoorzitter Siegfried Bracke (N-VA) een sessie interviewtechnieken gaf aan VTM-journalisten, leerde ook minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) een kransje wiskundigen van de UGent hoe je allerlei cijfers en procenten bij elkaar optelt.

Dat een politicus wiskundigen onderricht, doet de wenkbrauwen fronsen, want wiskundigen moeten het rekenwerk van de regering napluizen op domme fouten en bewuste manipulatie. Wanneer professoren wiskunde zich laten beïnvloeden door de minister van Financiën, dreigt een vermenging van feit en fictie, van cijfers en onzin.

Wonderbaarlijk

‘Et alors?’, haalt Van Overtveldt de schouders op. ‘Het was een reflectie over cijfers. Ik heb die professoren uitgelegd hoe we in de regering omgaan met cijfers, dat vonden ze heel interessant. In een gewone som tel je twee getallen bij elkaar op, maar als minister van Financiën werk je met getallen waarover je nul zekerheid hebt, maar waarvan je wel hoopt dat ze op wonderbaarlijke wijze in je schoot vallen. Met dat soort speculatieve wiskunde kun je vervolgens heel mooie grafiekjes brouwen. Als je de juiste paramaters en projecties van de Nationale Bank in ogenschouw neemt, klopt het bijvoorbeeld dat 1,7 plus 2,3 gelijk is aan 9,45.’

Bij de UGent ziet men geen probleem. ‘Johan zat daar als voormalig econoom en economiejournalist met een decennialange ervaring’, zegt rector Anne De Paepe. ‘Van hem mag je verwachten dat hij kan rekenen. Ik hoop dat onze hoogleraars nu hebben begrepen dat enkel het verwachte resultaat telt, niet de uiteindelijke som.’