Een Libische trader brengt aandelen aan de man. Vooral de handel in vrouwen en kamelen deed het prima.

Topdag voor maagdenhandel op beurs Libië

Een jaar na de gedwongen sluiting is de Libische beurs weer open. De handel in vrouwen en kamelen kende gisteren al meteen een topdag. Ook buitenlandse investeerders lieten hun vertrouwen in het land blijken.

De eerste beursdag was ogenblikkelijk een groot succes. De handel in vrouwen, die ruim een jaar heeft stilgelegen door de bloederige machtswissel in het land, trok meteen aan en klom naar een absoluut record. Op het einde van de dag bleken er niet minder dan 3.516 vrouwen verhandeld tegen in totaal 26.912 kamelen. Vooral maagden vonden gretig aftrek. Rond de middag tekende de maagdenindex een piek op van meer dan 50 kamelen, maar de slotkoers bleef uiteindelijk steken op een meer realistisch peil van 36 kamelen per maagd.

Buitenlandse traders bleken meer geïnteresseerd in originele tapijten, handgeweven door arme bergmeisjes die hun huwelijksschat niet konden betalen. Ook de handel in authentiek koperwerk, echt leder en exotische potterijen floreerde uitzonderlijk goed. De handel in illegale seizoensarbeiders en economische vluchtelingen bleef onder de verwachtingen, maar dat wijten de beursautoriteiten aan het feit dat een aantal slavenhandelaars nog niet voldoen aan de nodige vereisten voor een beursnotering.

De Europese beurzen mochten meeprofiteren van het gunstige klimaat en noteerden stuk voor stuk positieve cijfers. De grootste stijging was verrassend voor de beurs in Brussel, waar de Fabrique Nationale d’Herstal de Bel-20 naar ongekende hoogten stuwde. ‘Hoopgevende berichten over verder escalerende stammentwisten tussen de verschillende Libische krijgsheren zorgen voor een optimistisch klimaat onder beleggers’, verklaart woordvoerder Robert sauvage. ‘Libië is als vanouds een belangrijke afzetmarkt voor ons. Na de terugval tijdens de Europees-Libische oorlog vorig jaar hopen we nu onze handelsbetrekkingen tot een normaal peil op te schroeven.’

De vreugdevolle dag werd helaas ontsierd door een misverstand bij de officiële start van de Libische beursactiviteiten. In een poging om de eenheid en ondeelbaarheid van het land te bewaren, had het hoofd van de Nationale Overgangsraad (CNT), Mustafa Abdel Jalil, aan zijn rivaal Ahmed al-Senussi uit de oostelijke stad Benghazi gevraagd de eerste beursdag officieel te openen door de bel te luiden. Al-Senussi gebruikte daarvoor echter de kolf van zijn semi-automatisch geweer, dat door de trilling per ongeluk afging.

Handel in illegale seizoensarbeiders en economische vluchtelingen blijft onder verwachtingen

Troepen van de overgangsraad interpreteerden dat verkeerdelijk als een provocatie om de olierijke regio Cyrenaica semi-autonoom te verklaren. Zij benamen al-Senussi met geweld het leven. De aanvoer van olie uit het oosten van het land bleef daardoor verzekerd, wat de prijzen helaas deed dalen. De petroleummaatschappijen sloten de dag af met een licht verlies, de enige valse noot in een verder vlekkeloze dag.