Hugo Coveliers is een tevreden man. 'De afgelopen jaren waren de beste van mijn leven. Eindelijk kon ik voluit mijn goesting doen: tonen dat ik er absoluut geen zin in heb.'

Coveliers: ‘Vind passieve politiek plezanter’

Eindelijk geeft Hugo Coveliers (VLOTT) toe wat iedereen al langer wist: hij kan niet weerstaan aan de passieve politiek. 'Aan de zijlijn in mijn baard staan mopperen heeft mij altijd het meest kunnen plezieren.'

De ongelukkigste jaren van Hugo Coveliers liggen al enige jaren achter hem. Van 1999 tot 2003 was de Antwerpse politicus fractieleider in de Kamer. Het waren de tijden van paars-groen, de eerste regering-Verhofstadt. ‘Toen heb ik afgezien’, geeft Coveliers toe. ‘Met de VLD zaten we in de regering, maar ik ergerde me donkerblauw aan de groenen en de socialisten. Als fractieleider moest ik het beleid van de regering verdedigen, terwijl ik liever keiharde oppositie had gevoerd.’

Op den duur kon Coveliers zich niet meer inhouden en begon hij effectief de regering te belagen waarvan zijn partijgenoot Guy Verhofstadt de eerste minister was. ‘Wat kon ik anders? Ik kreeg maar geen ministerpost, het burgemeesterschap van Antwerpen werd me door de neus geboord door Patrick Janssens (sp.a) en Karel De Gucht had de pest aan me‘, vertelt het gemeenteraadslid met een flauwe grijns.

Toen al liet hij blijken dat hij de passieve politiek meer kon appreciëren dan het dagelijkse gewoel van de Wetstraat. ‘Ach, ik ben de beste stuurman die op de wal te vinden is. Aan de zijlijn in mijn baard staan mopperen heeft mij altijd het meest kunnen plezieren. De passieve politiek is nu eenmaal veel plezanter’, erkent Coveliers. ‘De actieve politiek was nooit mijn ding.’

Toch was het voor hem een hele shock toen de VLD-top al haar moed tezamen rakelde en op straat zette. ‘Tot mijn stomme verbazing heeft de VLD mij nog eerder buitengeschopt dan Jean-Marie (Dedecker, nvdr), die het toch echt wel veel bonter heeft gemaakt dan ik. Maar goed, ergens vind ik het een eer. Een eindelijk kon ik mijn droom waarmaken: de meest actieve passieve politicus worden.’

Daarvoor riep Coveliers de hulp in van het Vlaams Belang, een partij die dankzij haar gebrek aan uitvoerende mandaten nooit de last van beleidsverantwoordelijkheid heeft moeten dragen. ‘Voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2006 trokken Filip Dewinter en ik samen naar de Antwerpse kiezer. Hand in hand, een zalig moment’, glimlacht Coveliers met glinsterende ogen. ‘Dat Patrick Janssens ons toen op schandalige wijze afgeslacht heeft, was heerlijk. Stel je voor dat ik wéér eens deel zou uitmaken van de meerderheid. Neen, dank u. Dankzij Janssens zat ik safe. Het enige wat ik moest doen, was af en toe enkele vlammende oneliners uit mijn mouw schudden en me verder nergens iets van aantrekken. Zalige jaren.’

Daar komt nu een eind aan. Coveliers wil zich nog verder bekwamen in de passieve politiek en zal niet meer op een lijst gaan staan, zelfs niet op een onverkiesbare plaats. ‘Als je je laat verkiezen, ben je toch nog altijd een beetje medeplichtig aan de actieve politiek. Hoe kun je nu op geloofwaardige wijze elk voorstel afschieten als je zelf een mandaat hebt? Neen, het is beter alle banden door te knippen en slechts vanuit mijn vrije burgerschap mijn gal te spuwen’, redeneert Coveliers.

Hugo Coveliers:
‘Het belangrijkste is dat ik me de afgelopen zes jaar geamuseerd heb zonder me te moeten forceren’

Dat het kartel met het Vlaams Belang geen succes geworden is, vindt hij niet erg. ‘Toegegeven: bij het Vlaams Belang zie ik te weinig relevantie. Maar de afgelopen zes jaar waren wel de beste van mijn leven. Eindelijk kon ik voluit mijn goesting doen: tonen dat ik er absoluut geen zin in heb’, lacht Coveliers.

‘Het belangrijkste is dat ik me vaak geamuseerd heb zonder me te moeten forceren. Ik word binnenkort 65 en wil de komende jaren rustig van mijn mooie sik genieten’, besluit Coveliers.