Academici oordelen dat mensen duidelijk maken dat ze wél willen deelnemen aan onderzoeken door ‘neen’ te te antwoorden. Maar het bedrijf DataDrive, dat de enquête hield, wil slechts voortwerken met de drie op de tien deelnemers die positief antwoordden.
Het onderzoeksbureau DataDrive hield zijn enquête bij 500 respondenten. Het onderzoek bestond uit slechts één vraag: ‘Bent u bereid om aan dit onderzoek deel te nemen?’ Ondanks de bijzonder kleine inspanning die van de mensen gevraagd werd, weigerde toch bijna drie op de tien te antwoorden op de vraag, terwijl iets meer dan 40 procent van de respondenten categoriek ‘neen’ antwoordde.
‘Dat betekent dat 70 procent van alle Vlamingen voor onderzoeksbureaus pure verloren tijd vormen’, zegt Dieter Van Houtem, directeur efficiëntieprojecten bij DataDrive. ‘Dat heeft grote consequenties voor onze diensten. Voortaan zullen we met deze resultaten rekening houden. We streven er nu naar om onze enquêtes enkel nog af te nemen bij het 30 procent Vlamingen die wel degelijk bereid zijn aan het onderzoek mee te werken. Het omgekeerde houdt weinig steek.’
Het onderzoek van DataDrive kan echter op weinig academische bijval rekenen. Hilaire Page, professor Statistiek aan de Universiteit Gent, stelt dat DataDrive de resultaten te negatief interpreteert. ‘Doordat het onderzoek slechts één vraag telt, vallen de antwoorden ook op een andere manier te begrijpen’, beweert hij. ‘Aangezien de respondenten die ‘neen’ antwoordden toch alle vragen hebben beantwoord, kan men met recht twijfelen aan de geldigheid van hun uitspraak. Ze hebben immers het hele onderzoek meegewerkt, ook al weigerden ze de vraag in te vullen.’
Professor Page: ‘Ook de respondenten die neen hebben geantwoord, hebben meegewerkt aan het onderzoek’
Volgens Page wijst dat op een grotere bereidheid om aan onderzoeken deel te nemen dan de respondenten in een eerste reactie wensen prijs te geven. ‘Ik vermoed dan ook dat hier veel sociaal wenselijke antwoorden zijn gegeven. Deelnemen aan marktonderzoeken wordt nu eenmaal niet als politiek correct aanzien.’