Drumcomputer Roland Avalanche: 'Ik ben zo dom als het gat van een verzopen varken.'

Drumcomputers dommer dan rekenmachine

Computerwetenschappers hebben achterhaald dat de drumcomputer het domste digitale instrument is waarover artiesten kunnen beschikken. 'Zelfs een simpele rekenmachine heeft meer intellect.'

Er doen heel wat vooroordelen de ronde over drumcomputers. Voornamelijk gaan die over de intellectuele capaciteiten van de machines. Drumcomputers zouden de holbewoners van het elektronische tijdperk zijn. Zeg maar het achterlijke broertje van de synthetische baslijn, zelf al geen hoogvlieger.

Computerwetenschappers hebben nu achterhaald dat al die vooroordelen juist zijn: van een drumcomputer hoef je geen sikkepit artificiële intelligentie te verlangen.

‘Dat je een drumcomputer niet moet vragen om een partijtje schaak te spelen, was al bekend’, zegt professor Isaac Armagneau (UGent). ‘Maar dat ze werkelijk het verstand van een tafelpoot hebben, verrast zelfs ons. Een ritme aanhouden vraagt blijkbaar werkelijk geen enkele verstandelijke inspanning. Gewoon boenkeboenke doen volstaat. Hartstikke dom, dus.’

De gemiddelde drummachine is een lompe bak die in het beste geval sympathiek is en in het slechtste geval last heeft van ondermaatse zelfbeheersing. Drumcomputers komen ook voor als softwarepakket – maar zelfs op de meest performante systemen kunnen ze geen bekoorlijke solo afleveren. ‘In het ensemble van de elektronische muzikant staat de drumcomputer nét boven de malware die z’n laptop doet vastlopen’, weet Armagneau.

Zelfs ’s werelds bekendste drumcomputer, Doktor Roland Avalanche, geeft toe dat hij stommer is dan het gat van een verzopen varken. ‘Vraag me niet hoe de menselijke existentie zich verhoudt tot het bestaan van ziekte, lijden en de dood’, meldt Avalanche. ‘Op dat vraagstuk blijf ik het antwoord schuldig. Het enige wat ik daarover in te brengen heb, is: tsk, tsk, tsk, doef, tsk. Of zo.’

‘Zelfs in vergelijking met een simpele rekenmachine is de drumcomputer een primitieve bollenwinkel die vooral veel lawaai maakt, maar verder geen gevoel heeft voor nuance, esthetiek en harmonie’, verklaart Armagneau. ‘Er zijn rekenmachines bekend die Het verdriet van België van Hugo Claus hebben uitgelezen. Mij zul je niet horen zeggen dat een rekenmachine kan opklimmen tot een gewaardeerd opiniemaker, maar met een zakcalculator kun je tenminste een hartelijk gesprek aangaan.’

Armagneau benadrukt wel dat sommige drumcomputers fungeren als Trojaanse paarden. ‘Ze dringen je systeem binnen om de sfeer te verzieken. Als een drumcomputer blijk geeft van intelligentie, kun je er donder op zeggen dat ie geen ritme kan aanhouden‘, stipt de prof aan. ‘Die moet je zo snel mogelijk wissen.’

Doktor Avalanche:
‘Vraag me niet hoe de menselijke existentie zich verhoudt tot het bestaan van ziekte, lijden en de dood’

Waarom blijven zoveel moderne bands hardnekkig een idiote drumpcomputer gebruiken? ‘Alles is beter dan een drummer van vlees en bloed. Een drumcomputer kan tenminste een maat aanhouden. Pakweg tot 78 beats per minuut tellen, is voor de doorsneedrummer een onmogelijke opgave’, observeert Armagneau.