Albert II is serieus in zijn gat gebeten door het populistische opbod van de regeringspartijen.

Koning hekelt populisme regeringspartijen

Koning Albert is niet opgezet met de forse kritiek op zijn schoonzuster. In zijn nieuwjaarsboodschap stelt hij het populisme van met name de regeringspartijen aan de kaak. 'Geen manieren', oordeelt de strenge vorst.

Koning Albert begrijpt de commotie over de privéstichting van koningin Fabiola niet. ‘Dat de oppositie, de N-VA voorop, kritiek levert, is normaal. Dat is helaas haar recht’, stelde de vorst in zijn kersttoespraak. ‘Maar dat ook de regeringspartijen volop meedoen aan het populistische opbod, ervaar ik als een zeer negatieve evolutie.’

‘Dat is een brug te ver’, oordeelde de koning. ‘Het klopt dat mijn schoonzus haar erfenis handig geregeld heeft, maar de reacties zijn fel overtrokken. Al die demagogie, precies gelijk in de jaren dertig.’

Elio Di Rupo:
‘Ik begrijp de commotie over de commotie over de commotie niet’

Het is het staatshoofd in het verkeerde keelgat geschoten dat zelfs zijn volgzame premier, Elio Di Rupo (PS), met scherp schiet op Fabiola. Zonder hem bij naam te noemen had koning Albert het over ‘populistische regeringsleiders’. ‘Het is ethisch onaanvaardbaar dat een premier zich in zulke bewoordingen uitlaat over leden van het koningshuis’, mopperde de vorst. ‘Ik ben verontwaardigd. Dat zijn geen manieren.’

Elio Di Rupo reageert enigszins geschrokken op de uithaal van Albert. ‘Ik voel me niet aangesproken, maar maak me wel druk’, erkende de socialist. ‘Ik begrijp de commotie over de commotie over de commotie niet. De koning doet zelf aan populisme.’

Aan de zijlijn klaagt Kamerlid Jan Jambon dat zijn partij, de N-VA, nauwelijks gehoord wordt. ‘De regeringspartijen en het koningshuis hakken bewust op elkaar in opdat wij niet aan het woord zouden komen’, stelt Jambon vast. ‘Ze nemen ons de woorden uit de mond en dat is niet prettig. Wij worden altijd buitengesloten, tenzij in de Vlaamse regering en in de honderden Vlaamse gemeenten waar we de komende zes jaar de plak zwaaien. Dat is niet eerlijk!’